94f327b1-69e2-4c77-be7f-7a57a4f87916

Afscheid(sbrief) van een monument: merci voor alles Xavier!

Het zijn z’n laatste weken, z’n laatste matchen, als coach. Afscheid van een monument. Na meer dan 20 jaar bij onze club. En meer dan 45 jaar actief basket. Alsjeblief.

Afgelopen zondag zetten we hem daarvoor nog vol in de kijker, samen met z’n baskettende kleinzonen, voor de start van de finalematch van onze Heren A tegen Kortrijk, in OCP.

Maar we kregen Grote Meneer Xavier zowaar zover om ook zelf nog ‘s in z’n pen te kruipen. Dankjewel voor alles Xavier!


Op het ogenblik dat ik deze tekst schrijf, is er nog één wedstrijd te gaan en de competitie zit erop. Meteen is het ook de laatste wedstrijd van mijn loopbaan als basketbalcoach.


Op 13-jarige leeftijd ben ik gestart met basketbal op schooL. Op een bepaalde dag kwam de secretaris van Tissac Gasbol Gentbrugge mijn ouders vragen of ik niet voor hun club wou spelen. Ik leek aanleg te hebben voor het spelletje en het mocht. Op 16 jaar sloot ik reeds aan bij het eerste team in 4de nationale – wat nu gelijk staat met de huidige 2de landelijke reeks. Zwakke knieën deden me stoppen met spelen op mijn 23ste. Ik had echter het geluk gehad training te krijgen van Roland Vergeylen. De man werd later coach van de nationale ploeg. Ik had goede fundamentals mee gekregen. Vrijwel onmiddellijk werd ik gevraagd om kinderen van de club tijdens de vakantie een beetje ‘bezig’ te houden. Een nieuwe coach was gevonden.

46 jaar terug begon mijn coaching carrière met de oprichting van een meisjesafdeling van de club bij Tissac. Drie avonden in de week training geven aan een dertigtal meiden tussen 10 en 16 jaar…. Heerlijk! Tijdens mijn studie als LO-leerkracht had ik ook al de opleidingscursus voor coach gevolgd en werd A-trainer. Roland, mijn mentor geloofde heel erg in mij en zag in mij een goeie jeugdcoach. Ik werd coach van de U18 bij Falco en speelde de finale van de beker van België. Onderweg had ik de ploeg van mijn mentor uitgeschakeld en Roland wilde mij bij Hellas Gent. Ik ging in op die vraag.

Ondertussen was er ook interesse van seniorteams. Begonnen in derde provinciale, promoveerde ik met Oostakker. De combinatie jeugd met seniorteams zou ik 20 jaar volhouden. Er waren seizoenen waar ik per maand slechts drie of vier dagen niet op het veld stond. Bij Hellas Gent, een team dat in 1ste nationale actief was werd ik ook assistent-coach. Het ging snel, veel te snel. De resultaten van de ploeg waren niet zoals verwacht en de head coach Riley Wimberlee moest opstappen. En ja, ik werd head coach. Het werden moeilijke maanden: de meeste van mijn spelers waren even oud als ikzelf of ouder. En ik had nauwelijks ervaring op het hoogste niveau. Alhoewel de resultaten niet slecht waren, waren ze ook niet super. Er was veel geruzie en naijver tussen de spelers. Ik miste de play-offs door het verlies van twee close games. Toen al had ik al eens last van hartritmestoornissen. Het was duidelijk voor mij: dit was te hoog gegrepen. En thuis waren ze maar wat blij dat ik het wat rustiger aan zou doen.

Alhoewel, ik zou ik nog drie jaar assistent blijven onder Maarten van Gent en Aaron McCarthy en tegelijkertijd een jeugdploeg trainen en de taak van jeugdcoördinator op mij nemen (8 jaar). Leerzame jaren, die mij voeling leerden krijgen met de eisen die er zijn om op het hoogste niveau te kunnen presteren. De belangrijkste les was echter dat je nooit te snel moet willen gaan in je carrière, in je opleiding als speler. Stap voor stap vooruit proberen gaan, op die manier kom je het verst. The right man, on the right place, on the right moment.

Na nog een paar omzwervingen in eerste provinciale bij ploegen als Tissac Gentbrugge, Drongen, Laarne en Zottegem heb ik het coachen van seniors afgesloten. Ik heb nooit kampioen gespeeld maar ben ook nooit buiten gegooid 🙂 Roland had gelijk, mijn liefde voor het spelletje zat bij de jeugd. Hen kunnen begeleiden op zo’n manier dat ze alle kansen hebben om tot een succesvol speler uit te groeien, dat was mijn ding. Matchen winnen en kampioen spelen, bekerfinales winnen, allemaal leuk, maar kerels als Sam Van Rossom, Henni Sierens (papa van ‘onze’ Xander), Wouter De Wilde, Meindert Verstraete, Jeroen Selhorst onder je vleugels gehad hebben, dat geeft pas voldoening. En toegegeven: werken met talent maakt je ook beter als coach.

Er zijn uiteraard nog meer spelers die achteraf een mooie spelerscarrière hebben uitgebouwd. Bij onze club denk ik dan vooral aan Landon Unruh, Simon Gesquière, Sander Gequière en Tim Van Erum. Jongens die gans hun jeugd voor onze club hebben gespeeld en waar ik heel trots op ben.

Niet alle spelers geraken aan de top, maar ook onder hen zijn er een hoop die voor warme herinneringen zorgen. Ik heb ook het contact met hun ouders nooit geschuwd. Ook al moesten er als coach en coördinator dikwijls vervelende keuzes gemaakt worden. Toch heb ik van hen veel steun gekregen.

In al die jaren kan ik ook geen slecht woord zeggen van de bestuurslui waar mee ik gewerkt heb. Ze wilden mij wel niet altijd volgen, of ik wilde hen niet volgen, maar ik ben steeds met respect behandeld. De grootste steun komt echter van mijn vrouw, die mij de kans gegeven heeft tijd te investeren in wat ik het liefste doe, training geven.

We zijn nu 46 jaar verder en kan afscheid nemen in schoonheid. De jongens die ik de laatste jaren samen met mijn assistent Sem heb begeleid hebben daarvoor gezorgd. Ik ben geëindigd met een zeer mooi seizoen, we zijn doorgestoten tot in de halve finales van de Beker van Vlaanderen, hebben van de 32 gespeelde wedstrijden 26 keer gewonnen, 5 keer verloren en één keer gelijk gespeeld. Maar nog belangrijker voor mij en voor de club, er zitten spelers in deze ploeg die mogelijks ook een mooie basketloopbaan tegemoet gaan.
Het was goed zo. We zien elkaar nog.

Comments are closed.